AD

Na de verwoestende tyfoon op de Filipijnen denken ontroerde Nederlanders ook aan de kinderen. In de week na de ramp hebben tientallen mensen gebeld naar de stichting Wereldkinderen, omdat ze een Filipijns kindje willen adopteren. Dat is vrij veel voor zo kort na een ramp, zegt Inge Prenger, die de afdeling adoptie van de stichting leidt. ‘Deze mensen hebben de beelden gezien en zijn geraakt. Ze hebben het gevoel: kan dat arme kind niet nu op een vliegtuig naar ons worden gezet?’

Ingrid van Galen uit Eindhoven is een van de mensen die graag willen adopteren. Zij is er al wel langer mee bezig, sinds de aardbeving in Haïti van 2010. De eerste hordes heeft ze genomen, ze is in principe goedgekeurd als aanstaande ouder. ‘Afgelopen weekend zat ik naar de tv te kijken en ik dacht, zullen we dan maar eens in actie komen, nu met die tyfoon? Er zijn vast een hoop kinderen plotseling ouderloos geworden.’

Van Galen belde donderdag met Wereldkinderen. Hoe lang het duurt voor ze zekerheid krijgt, weet ze niet. ‘Ik hoop dat het snel lukt.’

De meeste geïnteresseerden waren eerder nog niet bezig met adoptie. Wereldkinderen moet ze uit de droom helpen. De weg naar adoptie is lang en er is geen garantie dat mensen uiteindelijk een kindje krijgen om zich over te ontfermen. Prenger: ‘Daardoor wordt ze duidelijk: dit gaat hem niet worden. Veel aspirant-ouders haken dan af.’

Wereldkinderen vertelt de mensen dat ook kinderen in andere landen nieuwe ouders zoeken. Prenger: ‘Dat willen de meesten niet, ze hebben niet zo’n behoefte aan informatie daarover. Ze hebben het gevoel ‘deze Filipijnse kinderen hebben geen ouders meer en zijn hulpeloos, ik wil voor ze zorgen’. Dat heeft iets wrangs.'

De Stichting Adoptievoorzieningen, die het eerste papierwerk regelt voor de overheid, ziet hetzelfde gebeuren. ‘Mensen zien kleine kinderen op tv en willen die gaan helpen. Maar als ze er goed over hebben nagedacht, haken ze toch af. We noemen ze schijnaspirantouders’, zegt directeur Peter Benders.

Wereldkinderen brengt onder anderen Filipijnse kinderen zonder ouders onder bij Nederlandse gezinnen. Elk jaar komen er ongeveer 15 kinderen uit het Aziatische naar Nederland, een vrij kleine groep.